Welke dan ook de regering, men zal zich moeten verdedigen!

In het algemeen tonen de verkiezingsresultaten een toename van de invloed van rechtse, nationalistische en extreemrechtse ideeën. De PS stagneerde of daalde afhankelijk van de regio, terwijl de PVDA terrein won in Vlaanderen en Brussel.

Dit is de basis waarop de manoeuvres voor de toekomstige regering zullen beginnen.

Maar wie regeert er eigenlijk? In heel Europa hebben alle grote politieke partijen, in verschillende combinaties, al 50 jaar in de regering gezeten en de situatie voor de werkende klasse is blijven verslechteren. Omdat de politici in de regering, ongeacht hun kleur, het beleid toepassen dat door de kapitalisten wordt geëist. Overal neemt de armoede toe, de werkloosheid blijft enorm, lonen, pensioenen en uitkeringen dalen, terwijl fortuinen zich opstapelen, het aantal miljardairs groeit en bedrijfswinsten records breken!

Voor de kapitalistische klasse is dat nooit genoeg! Woordvoerder Pieter Timmermans van het VBO zei: “Voor de verkiezingen is geen enkele partij voorstander van het afschaffen van de loonindexering, maar na de verkiezingen zullen we wel moeten”. De grote bazen van ArcelorMittal in Gent, van de autosector, van de biofarma, van Engie… roepen om nog meer overheidsgeld. En we krijgen herhaaldelijk te horen dat de financiële markten “toekijken”, met andere woorden dat ze zouden kunnen speculeren en de Belgische schuld verhogen, zoals in 2010 gebeurde in Griekenland en Italië.

Partijen als de N-VA, de Engagés (de Franstalige ex-sociaal-christenen), de CD&V en de liberalen zijn vastbesloten om de zakken van zieken, werklozen en gepensioneerden te legen, om de financiers te voeden die als parasieten leven van de overheidsschuld, en om bedrijven te blijven overladen met contracten, belastingverlagingen en allerlei subsidies. “Essentiële jobs” zijn vergeten, samen met de werkers die ontslagen worden om de winsten op te krikken, zoals bij de Rogers multinational in Evergem, en ook de gepensioneerden zijn vergeten die geen dak meer kunnen vinden!

Het Vlaams Belang blijft in Vlaanderen toenemen. Het heeft beloofd om uitkeringen “aan mensen in nood” en betaalbare woningen te garanderen, maar alleen voor Vlamingen! Waarom dit weigeren aan buitenlandse of Waalse werkers als ze net als de Vlamingen belastingen en sociale bijdragen betalen en als ze woningen bouwen? Elk jaar creëren Belgische en buitenlandse werkers samen meer en meer rijkdom. Waarom zouden we het leeuwendeel overlaten aan de aandeelhouders? Integendeel, door zich te verenigen kunnen werkers vechten voor hun banen en hun lonen.

Conner Rousseau, het voormalige boegbeeld van Vooruit, staat met één voet in het racisme van het Belang, met de andere in de anti-werkloosheid minachting van de N-VA, en met een derde in de sociale beloften van de PS. Kortom, hij staat klaar om met de wind mee te draaien.

PS-voorzitter Paul Magnette noemde de PTB-PVDA eerst “lafaards” omdat ze weigerden deel uit te maken van de regering. Daarna verklaarde hij dat hij weigerde een regering te vormen met de PTB-PVDA. Maar de drie voorwaarden die de PTB-PVDA stelt, namelijk de terugkeer van het pensioen naar 65, het ter discussie stellen van de wet van 1996 op de loonbevriezing en de belasting op miljonairs komen uit het PS-programma! Maar de PS-leiders zijn te nauw verbonden met het kapitalisme om de confrontatie voor de winsten van de bourgeoisie aan te gaan.

Door aan te dringen op een regering met de PS houden de PTB-PVDA-leiders de illusie in stand dat de regering het doel is. Maar zonder een grootschalige sociale beweging zouden de parlementsleden en zelfs ministers van de PTB-PVDA geen middelen hebben om de kapitalisten tot toegevingen te dwingen om hun programma uit te voeren. Omdat de macht niet in handen is van de regering. Alleen de massale mobilisatie van werkers kan de rijke aandeelhouders tot toegevingen dwingen.

In de komende weken en misschien maanden zullen we, zelfs als we niet het gebruikelijke touwtrekken zien tussen politici wier enige doel is om deel uit te maken van de regering, in ieder geval de vorming zien van een regering die rechtstreeks tegen de werkers zal vechten.

Dus, tegenover ontslagen, tegenover bazen die ons intimideren om lonen te verlagen en werkdruk te verhogen, tegenover aanvallen van de regering op werklozen, zieken, gehandicapten en gepensioneerden, moeten werkers zich voorbereiden om hun gemeenschappelijke belangen te verdedigen, zonder zich te laten verdelen of verlammen door de uitslag van de verkiezingen. En uiteindelijk is het enige vooruitzicht dat werkers de confrontatie aangaan met een kapitalistische wereld die de mensheid in crisissen en oorlogen stort, om zelf de macht te grijpen.