Afgevaardigden van de vakbonden en de werkgevers onderhandelen voorlopig over een wijziging van het stakingsrecht. De werkgevers zouden graag geen stakingspiketten meer zien, hen kunnen straffen en de vakbonden gerechtelijk kunnen vervolgen voor om het even welke actie die niet in hun smaak valt. Wat voorlopig niet mogelijk is als de vakbonden geen rechtspersoonlijkheid hebben. Kortom zouden de bazen liever de werknemers niet meer te zien staken. Dat is een bewijs van hun angst voor de stakingen.
Er is geen begin van een komma dat aanvaardbaar zou zijn in die werkgeversbedoelingen. Maar de vakbondsleiders zitten aan de tafel om de “sociale overleg” te redden die hen in opdrachten, zetels en een rol in de burgermaatschappij voorziet. Maar door hun rol als “sociale partner” van steeds agressiever werkgevers koste wat het kost te willen houden, graven ze hun eigen graf.
Wat de werknemers betreft betekent de achteruitgang van hun rechten niets goeds, wat doet het er toe dat ze door een onderhandeling of door een wet van de overheid wordt opgelegd. Maar als er iets is als een stakingsrecht bestaat is het omdat, in het verleden, werknemers hebben gestaakt… zonder recht. Laten we ons dus zeggen: Leve de staking!