In de verkiezingen van 26 mei hebben veel kiezers niet voor de partijen gekozen die elkaar aflossen in de regeringen. In Vlaanderen hebben N-VA, CD&V, VLD en sp.a bijna 700 000 stemmen verloren. In Wallonië hebben MR, CDH en PS er meer dan 500 000 verloren. In de federale verkiezingen hebben 438 000 kiezers blanco of ongeldig gestemd, en meer dan 1,8 miljoen kiezers, 27% van de stemmingen, hebben gekozen voor partijen die nooit aan een regering deelgenomen hebben: in eerste instantie voor het Vlaams Belang op extreemrechtse, en op de PVDA-PTB die zich als links van de PS-sp.a voorstelt. Groen en Ecolo die ook minder lang in regeringen hebben gezeten zijn ook door kiezers gekozen.
Boven de verschillen tussen Vlaanderen en Wallonië getuigt vooral de achtergang van deze partijen die zich in de regeringen versleten hebben, van de diepe diskrediet van deze politici, vooral bij de gewone mensen. Niet alleen in België, maar overal in Europa.
En terecht. Men moet maar alleen denken aan de sociale achtergang van de jongste jaren: sluiting van Ford, GM, Caterpillar, herstructureringen in een dozijn, die dan loonverlagingen met zich meebrengen samen met steeds hogere werkdruk en een werkloosheid die steeds groter wordt.
Alle regeringen, de enen na de anderen hebben het deel van de werkers verminderd om dat van de bazen en aandeelhouders te vergroten: het bevriezen van lonen onder Di Rupo, de indexsprong onder Michel; verlenging van brugpensioenleeftijd onder Di Rupo, verlenging van pensioenleeftijd onder Michel; ontmanteling van het arbeidsrecht om de weg vrij te maken voor de verergering van de uitbuiting; en de belastingen van de bedrijven integendeel zijn verminderd.
De kiezers stemmen, de kapitalisten beslissen en de ministers gehoorzamen.
Met of zonder federale regering zal de klassenstrijd doorgaan, die is door het grootpatronaat en de regeringen geleid tegen de werkende mensen. En met de crisis die verergert zal de aanval van de kapitalistische klasse steeds harder worden.
In deze klassenstrijd gaan de nationalistische en extreemrechtse stromingen in dezelfde richting als de kapitalisten. Dit is bijvoorbeeld in Oostenrijk bewezen waar de regering met de FPÖ de 60-urenweek opnieuw ingevoerd heeft. Of met Orban in Hongarije die een wet heeft gemaakt om de bedrijven in staat te stellen de overuren maar drie jaar later … of nooit te betalen.
Deze demagogen spreken een harde taal met de migranten, en bereiden zich voor hetzelfde te doen met de werkers, vakbondsmannen, met al diegenen die hun banen, lonen, arbeidsomstandigheden zullen moeten verdedigen. Ze stellen het patronaat meer autoritaire, meer offensieve methodes voor om tegen de arbeidersklasse te gebruiken.
De socialistische partijen blijven tegen de werkers te zeggen dat stemmen voldoet, dat ze goede akkoorden zullen onderhandelen, en dat het mogelijk is compromis te vinden met het patronaat… terwijl het patronaat gewoon niet meer wil onderhandelen! Deze partijen met diepe wortels in de arbeidersbeweging zijn de hulpjes van de kapitalistische klasse geworden. Hun leugens hebben de werkers in de war gestuurd en de weg vrijgemaakt voor de extreemrechtse stromingen. Ze roepen op “fascisme”, en zelfs “Vlaams fascisme”, om hun dienstbaarheid voor het kapitalisme te verbergen.
De werkers die bewust zijn van de gevaren van extreemrechtse moeten zulke ideeën verwerpen. Er moet een andere stem komen van al diegenen die de dupe niet zijn van de oude politici die versleten zijn door hun lange en trouwe dienst van het patronaat, noch van die van extreemrechtse die maar dromen in zijn dienst te treden.
En het zal niet genoeg zijn om de PVDA-PTB in het parlement te versterken. Laten geloven dat de verhoging van het aantal kamerleden van PVDA-PTB in de parlementen iets zou kunnen veranderen, door de politici “wakker te schudden”, is pure illusie: dit is eigenlijk het moment uitstellen wanneer de werkers het verhaal duidelijk zullen krijgen.
De economische crisis en de ellende verspreiden. De mensheid wordt door oorlogen en ecologische rampen bedreigd. De jacht op winst en de concurrentie maken het onmogelijk voor de burgerij om de problemen van de maatschappij op te lossen.
De crisis vereist dat het patronaat de uitbuiting en de onderdrukking van het proletariaat versterkt. Vroeg of laat zal deze onderdrukking opstanden veroorzaken. Het is door deze strijd dat de arbeidersklasse het patronaat zal terugdringen, en, wanneer die sterk genoeg zal worden, een einde zal maken aan de heerschappij van het grootkapitaal.
De werkende klasse heeft er de kracht voor. Maar die mist het bewustzijn van haar geweldige capaciteiten. Dat bewustzijn zal tot stand komen dankzij een partij, een partij die als doel heeft de sociale revolutie te leiden, een revolutionaire communistische partij. De toekomst van de werkende klasse, en van de hele mensheid, hangt hiervan af.