Na het pensioen op 67 en de indexsprong komt er nu de 45-urenweek volgens de eisen van de bazen. Kris Peeters, minister van werk, durft dit “een aanpassing van de arbeidsmarkt aan de 21ste eeuw” te noemen. Dit is eerder een achteruitgang naar de 19de eeuw die hij voor de werkers voorbereidt, samen met nog extra werkloosheid.
De regering moet het massale verzet van de werkers tegemoet komen. De vakbonden roepen op tot een nationale betoging op 24 mei. Men moet er met zoveel mogelijk komen.
Deze belangrijke achteruitgang van de leven- en werkomstandigheden komt bij andere stappen achteruit, die ofwel van de regering komen, ofwel in de bedrijven worden opgelegd bij herstructurering en op straffe van zijn baan te verliezen.
In deze crisistijd plant het patronaat inderdaad zijn winsten ten koste van de werkers te behouden, en zelfs te verhogen. Elke stap achteruit die aan de werkers opgelegd wordt doet niets anders dan het patronaat aan te moedigen om nog meer te vragen. De Peeters-wet beoogt vandaag de veralgemening en het officialiseren van de krachtsverhouding die voordelig voor het patronaat is. Zoals men vandaag in de horeca kent. Dit betekent de vernietiging van de sociale vooruitgang die na twee eeuwen arbeidersstrijd verkregen zijn.
Om van de mobilisatie een succes te maken kan men de organisatie niet in de handen van de syndicale apparaten overlaten. Al diegenen onder ons die overtuigd zijn dat deze nieuwe aanval niet mag doorgaan moeten hun rol spelen om hun kameraden op hun werkplaatsen te overtuigen, om hen gemobiliseerd te krijgen, of men nu syndicale militant of niet is, oud of jong, ambtenaar of tijdelijke kracht.
En dit zal niet gemakkelijk zijn. Te vaak zijn de werkers verraden, te vaak is hun collectieve kracht omgeleid en verspild. Neen, de werkers hebben geen reden om hun vertrouwen te geven aan syndicale leiders die veel te lang hebben gewacht om te beginnen tegen de aanval van de regering terug te vallen. De werkers moeten het vertrouwen in hun eigen kracht, in hun eigen organisatie- en strijdmiddelen herwinnen.
Men moet hierover praten en samen beslissen over de eisen en de acties, eerder dan de syndicale leiders in onze plaats laten beslissen.
Zij onder de syndicale leiders die radicaal willen klinken, spreken van “de regering doen vallen”. Maar wie zouden ze in hun plaats zetten? De PS? Terwijl precies de PS de weg heeft geopend aan de bezuinigingsmaatregelen van de huidige regering, in het bijzonder met de aanval tegen de werklozen en de loonbevriezing!
De partijen die aan de regeringen hebben meegedaan hebben duidelijk getoond dat ze eerst en vooral ten dienste van het patronaat zijn. Voor de kapitalistische klasse maakt het niet veel uit welke van deze partijen in de regering zit en zijn patronale politiek aan de werkers oplegt. Vandaag zijn er openlijk rechtse partijen die in België aan de macht zijn, maar in Frankrijk is het de “linkse” regering van Hollande en Valls die de rechten die de werkers een beetje beschermen tegen de uitbuiting, op dezelfde manier afbouwen. In Griekenland is het zelfs Tsipras die aan het hoofd van een partij kwam die zich voorstelde als “links van links” en die vandaag deze politiek van sociale achteruitgang voert. En vaak is de achteruitgang aanvaard en getekend door de vakbonden.
Wat de patronale klasse en de regeringen in zijn dienst zal doen terugdringen zijn de werkers die bewust zijn van hun eigen kracht en die bereid zijn hun bestaan te verdedigen met dezelfde vastbeslotenheid als de kapitalisten hun winsten verdedigen.
De bazen willen opleggen dat men steeds meer werken zonder meer te betalen, om steeds meer winsten te maken. Dat er honderdduizenden werkers werkloos zijn, kan hen niet schelen! Om niet in de ellende terecht te komen, is het het tegendeel dat nodig is: minder werken, om allemaal te werken, voor een beter loon! Wij hoeven ons niet bezorgen dat het minder winsten zouden zijn. Het is hun winsten OF onze lonen.
Dit is het bewustzijn dat men moet terugvinden, want hiermee zal men kunnen winnen!