De bevolking van Gaza is opnieuw het slachtoffer geworden van een stortvloed van vuur die honderden levens heeft geëist. Het staakt-het-vuren, na 11 dagen van bombardementen, lost niets op, aangezien de onderdrukking van het Palestijnse volk blijft.
Zoals in vorige oorlogen gebruikte de Israëlische regering het afvuren van Hamasraketten als voorwendsel en beweerde “gerichte” bombardementen uit te voeren. Maar wie kan zo’n leugen geloven?
De Gazastrook is een gebied van 40 km lang en 10 km breed, één van de dichtstbevolkte ter wereld. Hoe kunnen de bommen de burgers scheiden van de Hamas-militanten, als er geen veilige toevluchtsoorden zijn, geen vluchtroutes?
Raketten afvuren op Israël, zoals Hamas doet, is een blinde en terroristische politiek. Maar het bombarderen van een gebied als Gaza is het op een veel grotere schaal. Het is Staatsterrorisme.
We kunnen de twee partijen niet op gelijke voet bekijken, terwijl een zogenaamd democratische en overbewapende Staat vastbesloten is een reeds verwoest gebied te vernietigen. En bovenal, het zou betekenen dat we de duizendvoudige legitieme opstand van de Palestijnen de rug toekeren!
Deze opstand wordt voortdurend gesmoord en onderdrukt door de Israëlische Staat. Maar het is ook gerecupereerd en politiek gekaapt door Hamas. Deze nieuwe opstand kwam niet uit Gaza of van Hamas. Het was afkomstig van families die zich verzetten tegen hun verdrijving uit een wijk in Oost-Jeruzalem. Vervolgens brandde het in zogenaamde gemengde steden zoals Lod, Jaffa of Sint-Jan van Akko, alsmede de Westelijke Jordaanoever. Hamas vuurde raketten af op Israël om de opstand te controleren.
Hamas heeft opzettelijk de stem van de demonstranten in beslag genomen en de mobilisatie van de massa’s omgevormd tot een confrontatie tussen twee apparaten, met als doel haar eigen beleid, haar eigen methoden en haar eigen overheersing aan het Palestijnse volk op te leggen. Dus als de Palestijnen de Israëlische Staat als vijand hebben, hebben zij Hamas als tegenstander.
Met de gewelddadige en haatdragende botsingen die zich hebben vermenigvuldigd tussen extreem-rechtse zionistische groeperingen en Palestijnse jongeren, beseffen veel Israëlische Joden nu dat ze worden bedreigd door een gemeenschappelijke oorlog waarvoor ze nu reeds de prijs betalen. Maar waarom zouden we verbaasd zijn?
Al 70 jaar koloniseert de Israëlische regering nieuw land op de Westelijke Jordaanoever en maakt zij de oprichting van een levensvatbare Palestijnse Staat onmogelijk. Ze heeft Oost-Jeruzalem geannexeerd, een blokkade opgelegd aan Gaza en de inwoners opgesloten in een openluchtgevangenis. De regering legt een apartheidsbeleid op in Israël, waar Joden en Arabieren niet dezelfde rechten hebben. En regelmatig, wanneer de opstand te bedreigend wordt, voert ze oorlog tegen de Palestijnen.
Om aan de macht te blijven gebruikt Netanyahu al jaren Joods supremacistisch extreem-rechts, biedt hij het ministeries aan, kijkt hij niet naar zijn geweld en steunt hij al zijn kolonisatie-ondernemingen.
Deze reactionaire verscherping leidde tot deze huiveringwekkende confrontatie waarbij sommigen riepen “Dood aan de Arabieren”, terwijl anderen riepen “Dood aan de Joden”. Het is te hopen dat dit als een elektroshock zal dienen, want er is geen andere toekomst voor de twee volkeren dan met elkaar om te gaan. Is dit mogelijk? Ja, op voorwaarde dat men zich verzet tegen de koloniale politiek van Israël die door de grote mogendheden gesteund wordt.
De leiders van Israël hebben hun Staat opgebouwd door de Palestijnen het recht op een eigen Staat te ontzeggen en zij hebben gehandeld als de regionale bemiddelaar van de imperialistische mogendheden, in de eerste plaats van de Verenigde Staten. Daarom mag niet worden vertrouwd op de zogenaamde “internationale gemeenschap” om druk uit te oefenen op de Israëlische regering.
Onder de Amerikaanse en Europese bevolking zijn er echter velen die zich solidair voelen met de Palestijnen. In Brussel demonstreerden 3.000 mensen tegen de bombardementen op Gaza, de lynchpartijen en de verdrijving van Palestijnen in Israël.
De Israëlische en Palestijnse leiders leiden hun volk in een bloedige impasse met de medeplichtigheid van de imperialistische mogendheden. Meer en meer van de twee volkeren moeten dit beseffen.
De oplossing kan alleen komen van Israëli’s en Palestijnen die wegen zoeken om op hetzelfde land samen te leven. Hiervoor moeten zij zich verzetten tegen degenen die hen meesleuren in een oorlog tussen gemeenschappen. Zij moeten samen strijden tegen de onderdrukking van het Palestijnse volk. En zij moeten beweren dat beide volkeren dezelfde rechten moeten hebben, want “Een volk dat een ander onderdrukt, kan zelf niet vrij zijn”.