Herbewapening wordt door de werkers betaald

De regering-De Wever wil deze zomer de militaire uitgaven verhogen tot 2% van het BBP. Ze wil 17,2 miljard euro vinden tegen 2029, waarvan 3,8 miljard euro dit jaar. Hoe? Dat is nog niet helemaal duidelijk.

Achter de schermen vinden besprekingen plaats over de verkoop van overheidsaandelen zoals Belfius en Proximus. Verhoging van de staatsschuld, waarvoor ons al gevraagd werd om de broekriem aan te halen. En vooral, bezuinigingen op sociale budgetten: pensioenen, gezondheidszorg, uitkeringen, langdurige zieken. De regering aarzelt, maar bereidt de publieke opinie voor op grote sociale achteruitgang en de werkers aan wie ze de rekening wil voorstellen.

En om ons voor te bereiden op een oorlogseconomie creëert hij een sfeer van angst door op te roepen tot overlevingspakketten! 

En er komt nog meer, want de regering Trump wil dat Europese landen 5% van hun BBP aan defensie besteden. Maar wat zou zo’n scenario betekenen voor België? Als de regering, om 2% te bereiken, het al heeft over het snijden in diensten die nuttig zijn voor de bevolking, wat zou er dan gebeuren bij 3,5% of 5%? Er zou nog meer bezuinigd worden op openbare diensten, onderwijs en gezondheidszorg, zodat de wapenkapitalisten hun zakken kunnen vullen. 

De huidige en toekomstige werkers in de bewapeningssector zullen de eersten zijn die te lijden hebben onder de hogere werkritmes en de druk van de bazen. 

Als deze oorlogseconomie banen schept, zal dat niet prettig zijn, want ouders zullen banen hebben maar hun kinderen zullen naar de slagvelden worden gestuurd om te sterven, zoals het geval is in Oekraïne en Rusland. 

Nu al rekruteert het leger jonge mensen uit de arbeidersklasse die het zat zijn om van baantje naar baantje te moeten ploeteren. Voorlopig is er geen risico om aan het front te sterven in het Belgische leger… maar tot wanneer?