Extra bezuinigingsmaatregelen in Bergen, Charleroi en Luik

Na de weigering van de ING- en Belfius-banken om de gemeenten Bergen, Charleroi en Luik te financieren, heeft de Waalse regering aangekondigd dat ze de 235 miljoen euro zal verstrekken die de drie steden nodig hebben… maar alleen onder bepaalde voorwaarden: afschaffing van het gemeentelijk personeelsstatuut, beperking van de personeelsvervanging tot vijf op tien, ’s nachts de openbare verlichting uitschakelen, “optimalisering” (d.w.z. verhoging) van de gemeentebelastingen, enz. De burgemeesters van deze drie steden hebben deze bezuinigingsbeperkingen becommentarieerd: “Ik zal bijvoorbeeld de crèches moeten aanrekenen voor kinderen die niet in mijn gemeente wonen” of “we zullen onze uitgaven moeten bekijken en verschillende diensten moeten fuseren”.

In Bergen is de PTB/PVDA voor het eerst in de meerderheid. Gedurende hun hele campagne wilden de PTB-kandidaten de kiezers doen geloven dat met de PTB/PVDA het beheer van de gemeenten “beter”, “socialer”, enz. zou worden. En dat de PTB “zijn verantwoordelijkheid zou kunnen nemen”. En dat de PTB “verantwoordelijkheid kon nemen”.  De realiteit is mijlenver verwijderd van deze electorale illusies: onder druk van de banken zal de stad Bergen, net als Charleroi en Luik, meer belastingen moeten opleggen aan haar inwoners en de diensten die nuttig zijn voor de bevolking verder moeten verminderen. En de PTB/PVDA kondigt nu al aan dat ze dit bezuinigingsbeleid aanvaardt! In november zei Céline De Bruyn, schepen van de PTB in Bergen, tegen de krant Le Soir: “[bepaalde ambities herzien] omdat we ermee hebben ingestemd te werken binnen het financiële en economische kader dat is opgelegd door Crac (Centre régional d’aide aux communes – Gewestelijk hulpcentrum voor gemeenten) en het Oxygène Plan”.

Het feit dat de PTB/PVDA meehelpt om dit bezuinigingsbeleid op te leggen maakt het nog niet “socialer”! En als het op “verantwoordelijkheden” aankomt, kan de PTB in deze situatie alleen maar laten zien dat ze verantwoordelijk is tegenover de bazen en de regeringen die hen van dienst zijn en die de werkers bezuinigingen opleggen terwijl de aandeelhouders hun zakken vullen.