Angela Merkel heeft de parlementsverkiezingen zonder enige moeite gewonnen. Terwijl de crisis de meerderheden in heel Europa heeft omgezet, blijkt de herverkiezing van Merkel voor een derde mandaat een uitzondering.
Een uitzondering die ons wordt uitgelegd door het zogenoemd Duitse economische mirakel. Duitsland zou de crisis «zonder problemen » doorgemaakt heb-ben, zeggen de enen; wanneer anderen beweren dat het land sterker eruit is gekomen dan het is ingegaan. Vanuit het standpunt van de burgerij is er hier geen twijfel over. Ze heeft van de crisis geprofiteerd. Ze heeft herstructureert, bedrijven rendabeler gemaakt en aan competitiviteit gewonnen. En ze heeft dat op de enige mogelijke manier gedaan: tegen de werkers.
De tijdelijke werkloosheid en de loonverlagingen zijn systematisch geworden. Toen de bestellingen met 20% daalden, werden de lonen met 20% verminderd. Premies, uren, bemanning werden aan de patronale noden aangepast. De loontrekkenden hebben als schokbrekers gediend. Hoe deden de arbeiders om met een besnoeid loon te leven? Zij die het « Duitse succes » loven hebben zich hier niet in geïnteresseerd.
Het grote patronaat heeft zich niet gegeneerd om fabrieken te sluiten en ontslaan. Alleen in één stad van de Ruhr heeft Nokia haar fabriek gesloten en Opel gaat haar fabriek sluiten door bijna 7 000 wer-kers op straat te zetten, zonder de duizenden toeleve-ranciers mee te tellen. Enkel het faillissement van de winkelketen Schlecker heeft 25 000 ontslagen veroorzaakt.
Wat de bewering betreft dat Duitsland « de mas-sawerkloosheid heeft uitgeroeid » is het een schande-lijke leugen. Er zijn nog steeds 3 miljoen werklozen. En dat cijfer verbergt vooral 8 miljoen arme werkers.
Sommigen onder hen moeten zich tevreden stellen met enkele uren werk per week voor maximaal 450 euro per maand, wanneer anderen worden verplicht om werk van algemeen belang uit te voeren voor 1 € per uur. Ze worden niet als werkloze geteld maar ze zoeken wel een deftige baan met een deftig loon!
Er is geen mirakel. Duizenden ontslagen arbeiders werden bijvoorbeeld weer tewerkgesteld als tijdelijke krachten in hetzelfde bedrijf, op dezelfde post en met dezelfde uren, maar met 500, 600, en zelfs 900 euro minder op hun loonfiche. Ja, dit is inderdaad een goede marge voor de patroon.
Zonder twijfel is het nog steeds beter om arm en werkloos in Duitsland te zijn, dan in Polen, Roe-menië of in Griekenland. Dit is misschien wat sommige kiezers van Merkel hebben gedacht.
En welke redenen hadden de Duitse werkers om de sociaaldemocratische partij, de SPD, te verkiezen boven de CDU, de partij van Merkel?
Wanneer ze aan de macht zijn zie je geen verschil tussen de SPD en de CDU. De twee partijen hebben trouwens van 2005 tot 2009 samen in de regering gezeten en ze zijn bereid om het opnieuw te doen.
Bovendien zijn er velen onder de arbeiders en de armste die de politiek van de SPD toen Schröder in de jaren 2000 bondskanselier was, niet vergeven. Met de Hartz-wetten heeft hij met een ongezien geweld de rechten van de loontrekkenden aangeval-len: verlaging van de werkloosheidsuitkeringen, verlaging van de pensioensrechten, veralgemening van kleine jobs, flexibiliteit van de lonen…
In Duitsland is het links, de SPD, die het vuile werk tegen de werkers heeft gedaan zodanig dat Mer-kel niet veel meer had te doen, behalve de moed van Schröder te feliciteren!
Ja, wat in Duitsland gebeurd moet een les voor ons zijn. In Duitsland is de ongelijkheid ongezien groot. Steeds meer werkers moeten twee, en soms drie, baantjes gelijktijdig bezitten om te leven. Gepensioneerden moeten na hun 65, 67 terug aan de slag. De levensverwachting gaat in sommige regio’s achteruit. Dit is wat de verdedigers van het kapitalisme een « succes » noemen. Dit is wat voor hen een welvarend en competitief land is!
Alle politici, zowel uit links als rechts, die de voorrang geven aan de competitiviteit, aan de ren-dabiliteit van de kapitalen door ons uit te leggen dat het morgen beter voor iedereen zal gaan, zijn leugenaars. Duitsland geeft er ons een bewijs van. De markt, de concurrentie, de wetten van het kapita-lisme leiden ertoe de werkers op te offeren op het altaar van de competitiviteit, zelfs in de landen die het best doen.
De patronale belangen en de belangen van de wer-kers kunnen niet samengaan. De werkers zullen zich op een efficiënte wijze kunnen verdedigen enkel als ze hier overtuigd van zullen zijn. Het is hun competi-tiviteit, of onze banen. Het zijn hun winsten, of onze lonen. Het zijn hun bevoorrechten, of onze pensioe-nen. Het zijn zij of wij!