Wij zijn allemaal Griekse werkers!

Met de verbreking van de (officiële) onderhandelingen en de aankondiging van een referendum door de Griekse premier Tsipras is de krachtmeting tussen Griekenland en zijn schuldeisers in een nieuwe fase ingegaan. Nochtans begint Tsipras, de Griekse premier, onder de constante druk van de schuldeisers, zijn verkiezingsbeloftes op te geven. Er is sprake van de pensioenleeftijd tot 67 op te trekken en de BTW te verhogen, de meeste onrechtvaardige belasting die de arme bevolking zwaarder treft.

Maar dit was nog niet genoeg voor de aasgieren van de financiën. Het IMF onder anderen verwijt Tsipras de bedrijven op 29% te willen belasten, wat nochtans onder het theoretische belastingtarief zit van bijvoorbeeld België. Bovendien eist het dat de pensioenleeftijd naar 67 wordt opgetrokken sneller dan wat Tsipras voorstelt die het rond 2025 ziet.

En het is Tsipras die door de politieke verantwoordelijken en de media voor extremist wordt uitgemaakt en die beschuldigd wordt aan « poker » te spelen!

Van de bezittende klasse zelfs een klein beetje tot de terugbetaling van de schuld doen bijdragen is er geen sprake voor de vertegenwoordigers van de wereldfinanciën. Het kan hen niet schelen als de recessie die door de schuldencrisis is veroorzaakt de productie van het land met 25% heeft teruggedraaid en als ruime delen van de bevolking al worden gedwongen tot rampzalige ontberingen. Het kan hen ook niet schelen als de bevolking nooit geen voordeel heeft getrokken van het geld dat ze nu verplicht wordt terug te betalen.

De verbetenheid van de Europese leiders, van het IMF en van de ECB is politiek. Via Griekenland dragen ze een boodschap voor alle bevolkingen dat ze de riem moeten aanhalen en zich erbij moeten neerleggen de financiën hun tol te betalen.

Men tracht op alle manieren ons te doen geloven dat het Griekse geval een bijzonder geval is. Maar als de bevolking van dit land meer dan anderen door de financiën wordt gewurgd, heersen deze financiën overal en in alle landen, in de armsten maar ook in de rijksten. En die kent alleen de wet van de woekeraars: interesten incasseren om de rijksten te verrijken. Deze wet dringt zich boven alles op, boven de verkiezingen, boven de democratie. In dit systeem worden de regeringen ertoe beperkt de interesten op kap van de bevolking te innen, koste wat kost.

Daarom tracht de Belgische regering de wet over het optrekken van de pensioenleeftijd tot 67 goedgekeurd te krijgen, een wet die het mogelijk zal maken de pensioenen te verkleinen en nog meer geld over te dragen van de sociale zekerheid naar de bedrijven en de winsten. Daarom ook spreken ze ervan onder voorwendsel van een zogenaamd « tax shift » het Btw-tarief van 21% op elektriciteit weer in te voeren, wat bijna de 23% is die ze voor Griekenland eisen.

Ja, achter deze krachtmeting tussen Griekenland en zijn schuldeisers, is het een krachtmeting tussen de kapitalistische klasse aan de ene kant en de arbeidersklasse aan de andere, tussen de rijke aandeelhouders en diegenen die alleen hun armen en hoofden hebben om hun brood te verdienen.

Wat in Griekenland gebeurt toont dat de verkiezingen en « de stem van het volk » wegen niet tegenover de macht van het kapitaal. Het bewijst dat mensen kiezen, ook al zijn ze goed bedoeld ten opzichte van de werkers, niet voldoet om ons lot te veranderen.

Tezelfdertijd zal het referendum dat vrijdag door Tsipras aangekondigd werd, indien het plaatsvindt, geen einde maken aan het lijden van de Griekse bevolking. Als de bevolking zich in meerderheid of zelfs met een sterke minderheid uitsprak tegen het « akkoord » dat opgelegd wordt door de schuldeisers, zou het een ander bewijs zijn van de opstand die in de Griekse bevolking dreigt. En dit zou een extra bewijs zijn van haar moed, want net zoals in de verkiezingen 5 maanden geleden zal er geen chantage ontbreken, noch bedreigingen om hen te doen stemmen in de richting die de financiën wenst.

De vertegenwoordigers van de kapitalistische klasse hebben hun minachting voor de mening van het volk genoeg getoond. En ze kunnen op duizend manieren proberen hun wil op te leggen. De krachtmeting kan dan een open strijd worden. Maar deze strijd, de Griekse werkers kunnen die winnen alleen op hun eigen terrein, dat van de uitgebuitenen, van de internationale arbeidersklasse, door loon- en pensioenenverhogingen te eisen door van de winsten te nemen, door het verdelen van het werk te eisen samen met de onteigening van de bedrijven die ontslaan. De werkers kunnen hun eigen belangen niet verdedigen onder de nationale vlag want die verbergt de klassenstrijd en laat hen de kapitalisten van hun eigen land blindelings volgen.

Om uit deze verstikkende deken van de financiën te geraken zal men uiteindelijk het kapitalisme moeten omverwerpen en zullen de werkers de controle op de economie moeten nemen. Met deze taak als doelwit kunnen de uitgebuitenen uit alle landen de dictatuur van het kapitaal omverwerpen.